Walvisvangst en Moby Dick
Creativiteit en destructiviteit zijn allebei diepe kenmerken van de mens
Voordat Kolonel Edwin Drake in 1859 in Pennsylvania een bijna oneindige hoeveelheid petroleum ontdekte, werden de steden verlicht en de machines gesmeerd met walvisolie. Het olie van deze dieren was enorm waardevol en doordat het westen in de 18e en 19e eeuw steeds rijker en productiever werd, steeg de prijs. Dit was voor walvisvaarders de drijfveer om steeds verder te gaan de diepte in.
Eén van hen was Herman Melville, de Amerikaanse schrijver die na zijn dood beroemd zou worden met het meesterwerk Moby Dick. In dit boek geeft hij niet alleen een levendig beeld van het leven van een walvisvaarder, maar gaat hij verder en dieper. Hij weet stukjes van de menselijke ziel te vangen: de waardigheid en de capaciteit om heldhaftig te zijn, zichzelf op te offeren. Maar ook om wreed, destructief en genadeloos te zijn.
Dit is een meeslepend en ontroerend verhaal over de relatie van mensen tot elkaar, tot andere dieren en tot de planeet.
Foto: Walvisvaarders bij de kust van Australië, geschilderd door Oswald Brierly in 1867